dinsdag 31 december 2019

Het is wat het is (een wandeling).

Zojuist zijn we (mijn lief en ik) teruggekomen van een oudejaarswandeling. Niet dat we wisten dat het proces zo zou heten maar blijkbaar was het er eentje. Persoonlijk houd ik erg van dingen die van tevoren helemaal nog niet vaststaan en wanneer je maar lang genoeg wacht, vanzelf iets worden. Try this at home: In de keuken komen vanzelf kunstwerken uit de oven - en zo niet, dan had je toch al slim genoeg, niet verteld dat het lekker zou worden - en ook op creatief gebied bewijs je jezelf een dienst door eerst iets af te maken en daarna te vertellen wat het is...

Goed. De oudejaarswandeling dus. En waarom eigenlijk? Je kan het hele jaar wandelen. Een kalenderjaar is een bedenksel om ons in het gareel te houden, afgemeten aan de standen van zon en maan die bepaalden wanneer een andere tijd aanbrak. Morgen is het 1 Januari. Hartelijk gefeliciteerd! Maar is je gras dan groener, je leven rijker en je omgeving mooier? Oh ik hoop het natuurlijk van harte maar wacht dan wel even tot de kruitdampen die de stikstofgehaltes hebben verdrongen, weer zijn opgetrokken en de pfas-klachten weer volle aandacht kunnen krijgen, evenals een paar weken geleden in ons oude jaar. Niets nieuws onder de zon. Prediker wist het wel.

Ok, de oudejaarswandeling. Waar was ik gebleven? Als ik iedere keer zo afwijk kom ik natuurlijk geen stap verder en is het uur U voorbij, zonder dat ik er erg in heb. Oh ja... De lucht was toen we van huis vertrokken nog strakblauw en toen we na een dik uur terugkwamen hing er een lichtblauwe waas van alles wat u allen, ver voor de toegestane tijd, de ruimte inschoot.  Of was u in de olie(damp) van alle baksels die opgegeten moeten worden en waarvan u de negatieve gevolgen er weer af moet wandelen, morgen, met een nieuwjaarswandeling?

Waar praat je over tijdens zo'n oudejaarswandeling? Of zeg je helemaal niks? Dat is ons nog nooit gelukt. Dus zeiden we dingen tegen elkaar. Dingen over het afgelopen jaar of nog verder terug. Dingen die ook onvermeld hadden kunnen blijven maar omdat we ze toch uitspraken, ontstond er tijdens die oudejaarsdag ook nog een mooie oudejaarsbabbel. Toe maar. Alsof het niet op kon!  Count your blessings

(and your fingers this evening).

Op social-media  zie ik de ene na de andere zwartopwitmeimering voorbijkomen. Over wat geweest is en over wat men hoopt dat komen zal. Over verlieservaringen en over herstel. Zo kan het natuurlijk ook. En je hoeft er niet voor naar buiten. Mooi om te lezen waar iedereen zoal mee bezig is. Hoe uw levenswandeling verder ook zijn zal, ik wens u toe dat de dingen die gebeuren, een zegen mogen zijn en uw leven zullen verrijken. En dat het nieuwe jaar zo mooi zal worden als u van te voren had bedacht...

Maar ja, op dat gebied is het leven net een column. Van tevoren weet je niet of er wat van komen kan. Pas bij de laatste punt, kan je zeggen dat het er eentje is geworden.







vrijdag 27 december 2019

Bel

Nee, een kerstverhaal is dit niet. Het is al zolang geleden dat ik er één schreef, dat is teveel gevraagd en een mens moet haar plek kennen. Voorzichtig zijn. Niet al het kruit verschieten dat ze heeft en zeker datgene niet wat ze denkt te hebben, maar wat achteraf zo tegenvalt, zoals dat het geval is wanneer de menselijke deugden aan het licht (!) komen.

Nee, een kerstverhaal is dit zeker niet! Kerstverhalen gaan over de blijde boodschap van redding, engelen, wijzen uit het Oosten en Glo-oooria. Dat was niet wat ik voelde toen ik onlangs nog maar één oorbel voelde bengelen aan mijn gezicht. Wat was er met die andere gebeurd? Werd het weer tijd voor nieuwe? Absoluut! De vraag stellen is hem beantwoorden! Een uiting van hebberigheid. Terwijl ik dealde met het besef dat ik al uren scheef en vrijwel bloot en dus voor schut had rondgelopen, voelde ik in mijn jaszak. Vond een oorbel die weer bij een ander setje paste en waarvan ik het andere exemplaar op tafel had zien liggen. Twee mysteries op het zelfde vlak mag je gerust een teveel van het goede noemen. Hoewel mijn gedachten liever bij het wonder van kerst wilden vertoeven, brak ik mijn hoofd over aardse zaken. Zo zwak ben ik, dat is waar!. Zeker op het moment dat ik compleet verbluft naar mijn sieradenrekje keek. Daar hing het verloren gewaande schaap! De twee van tafel en jaszak niet meegerekend. Maar waar had ik mij die ochtend dan mee opgesierd? Was kerstmis verruild voor een onbedoelde kermis? En had iemand iets gezien? En waarom niets gezegd? Kon ik mij ooit nog vertonen onder de mensen? Hebberigheid, ijdelheid, (valse) schaamte en zwakheid. Kom, wrijf het er maar in.

Alle attributen hangen weer netjes aan het rekje dat voor het idee van structuur en orde ooit aan de muur was bevestigd. Voor zover alles in orde. Een goed einde ook! Het gebeuren grijpt diep in. Het hoongelach van mijn dierbaren echoot nog weken na. Aan mijn rijtje van kwetsbaarheden worden terstond toegevoegd: dramatisch geheugenverlies/slordigheid, onachtzaamheid, ijdelheid, weigerachtigheid, hebberigheid, alle soorten van schaamte en zwakheid... You name it!

En dat allemaal tijdens de kerstdagen. Licht en vrolijkheid vermengen zich met zaken waarvan ik liever niet wilde dat iemand ze zag. Maar ach, is dat ook niet precies waardoor ik door de mand val? De vraag stellen is hem beantwoorden. Er gaat mij over de blijde boodschap van redding een belletje rinkelen. Over kerstverhalen zal je mij niet horen...



maandag 30 september 2019

Puzzelstuk



Een dikke week terug lag er langs de rand van de weg een opengevallen legpuzzeldoos waaruit - ruwe schatting - duizend stukjes karton waren gevallen. Normaal gesproken vind ik wel eens een ov-pas langs de kant van het pad. Of een zakje met daarin een in de ochtend zorgzaam gesmeerde boterham. Hier en daar een plastic flesje - misschien verloren op weg naar een protestmars voor het klimaat - of een tas met schoolboeken desnoods. Maar een légpuzzel? Nee…

Toch lag ie daar. Als een aanklacht. ‘Het geheel is meer dan de som der delen’. Aristoteles wist het wel! Wie smakt er nou buiten op straat een puzzel neer? Daar moet je toch wel heel wanhopig voor zijn. Of helemaal klaar van al dat leggen en de kantstukjes zoeken met dat ene kriebeltje. Tureluurs zou je er van worden. ‘Hup, maai van tafel dat ding!’

Net alsof er een uit elkaar gevallen leven langs de kant ligt. Geen stukje dat nog past en het zijn er ook veel te veel om het nog leuk te vinden. Het beeld doet me denken aan een ellendige tijd. toen het leven me in stukjes door de vingers gleed en er niets meer klopte en er van alles kwijt was. Langs de kant. Nog net niet óver de rand. Goddank zijn er mensen geweest die mee hielpen zoeken. Hielpen leggen. Hielpen passen en meten… En waarachtig, op een dag was de paniek over de losse delen verdwenen en werden de contouren duidelijker.

En nu, jaren later, mag ik me bezighouden met de toepasbaarheid van ervaringskennis, als ervaringsdeskundige. Een geleerd persoon in ons land liet in de krant weten dat hij daar niet zo in geloofde. Het was diegene niet deskundig genoeg. En ook andere boze tongen willen spreken over containerbegrippen. ‘Iedereen is ervaringsdeskundig. Daar hoef je toch niet voor naar school!’ Het stak me. Een klein beetje. Want ik was net overgegaan naar klas twee, en wat een feest was dát! Was ik dan zo gefixeerd op het product dat ik geen kritiek verdragen kon? Geloof er niets van. We reflecteren ons het heen en weer om onze zuiverste motieven (lees: Aansluiting op beleving en inzetbaarheid om inzicht te kweken) naar boven te spitten. Slechts met dat doel en gebruik makend van de juiste bronnen leer ik op school weer puzzels leggen. Ze houden me een spiegel voor...

Ze houden me nederig.
Omdat ik, Goddank, op mijn knieën, soms langs de kant van de samenleving, ze mag helpen leggen. Alleen met uitdrukkelijke toestemming van de eigenaars. Hopen dat alle stukjes op hun plek gaan vallen…

Els Dijkema

zondag 21 juli 2019

Missie

Eens in de zoveel tijd rijden we naar een vakantieadres dat we al een hele poos kennen. Het barst er van toerisme. We kennen alle plekjes al en we genieten er van alsof het de eerste keer is. Die kunst is niet iedereen machtig maar zolang je jezelf maar voorhoudt, dat het net lijkt alsof alle gras weer is gegroeid, kun je er gewoon om de zoveel jaren blijven heen gaan...

De rivier stroomt nog steeds dezelfde kant op. Net als in vorige jaren staan enkelen van ons weer met stenen te gooien. Een wedstrijdje wiens brokje de meeste sprongen over het water maakt voordat de zwaartekracht het overneemt. Aan de oever van de rivier zit ik met anderen te genieten met een voor die gelegenheid bij de plaatselijke super gekochte fles Moezelwijn en een mooi glas om in te schenken, onder handbereik. De bodem van die fles is nog lang niet in zicht. Die van het meer nog lang niet bezaaid met de munitie van mijn geliefde stenengooiers. Voor het zover is... Het leven is dus prima...

Zij het niet dat ook in de Moezeldruivenwijngaard kans is op kleine vossen die mijn gemoedsrust willen bedreigen. De fles naast mij moet straks in de glasbak, tesamen met enkele lotgenoten. Laat ik ze vooral niet verwisselen met de statiegeldexemplaren die we twee jaren terug per ongeluk mee namen naar Nederland. Een kleine vakantieluiheid waarvan we niet vermoeden dat ze ons aangerekend wordt want we zijn immers terug gekomen om ons verzuim weer goed te maken. 'Gooi die dingen toch in de glasbak, dan ben je dr van af!' klinkt het advies van een geliefd familielid. Maar nee, de flessen waarmee ik al een aantal dagen rond zeul, zúllen op hun bestemming aankomen. 'Kom nou. Wat glasbak? Had dat eerder bedacht...' De missie neemt steeds grotere vormen aan. Ze rinkelt steeds vervaarlijker want...
We gaan van de ene naar de andere kruidenier, steeds als we weer denken iets te kort te komen, waaraan onmiddellijk moet worden voldaan. Duitsland kent redelijk veel soorten kruideniers dus je kan je lol wel op. Parkeren. Kofferbak open. Mandje eruit (kofferbak dicht). Drie stappen naar das Pfandmachine. Flesjes erin... Flesjes er met dezelfde rotgang ook weer uit. Want ze worden ongelikt weer teruggespuugd. Een stuk of acht potentiële kansen op statiegeld om een ijsje van te kopen. Volgende winkel hetzelfde verhaal. Parkeren, kofferbak, mandje eruit en erin. Kofferbakklep dicht. Pas op je vingers! Op naar de N. of de P. of was het nou de A-Süd? Vergeet vooral niet te genieten van de uitzichten tussen al die winkels door met je uitdaging die inmiddels als een ziel onder je arm alleen maar zwaarder dreigt te worden.

Winkel!  Hoera! Parkeerplaats. Mandje enzovoorts...
En onverrichterzake weer terug.
Zo'n kofferbakklep kan hárd hoor!

En inmiddels alweer thuis. Mét mandje (mét flessen). Die stond nog in de kofferbak toen we in de bonuswinkel voor de thuisbasis moesten herfourageren.
'Hé. Maar... Als het in de vakantiewinkels niet lukte, zou 't dan de moeite lonen het voor de laatste keer thuis nog eens te proberen?'

En waarempel, de flessen glijden met alle gemak en een diepe zucht van verlichting (mijnerzijds) richting de geheimzinnige inleverspelonken. Druk op de knop. Bonnetje pakken. Wel een borrel waard om je blunder lachend mee te besprenkelen. Vergeet vooral niet waar die fles dan weer vandaan komt, mocht die statiegeld opbrengen in de toekomst. Moraal van dit verhaal? Laat geen enkele missie als een steen op de maag liggen. En verzilver je bonnetjes bij de kassa om de opbrengst daarna weer los te laten voor een goed doel. Dat zal ons leren!

vrijdag 5 juli 2019

Afscheidsscore

Vorig jaar nam ik een ingrijpende beslissing. Met één been stond ik in het systeem van huishoudelijke ondersteuning en met het andere tastte ik voorzichtig de bodem af van een schoolterrein dat ik nooit betreden had. En eerlijk gezegd waren daar ook nooit plannen voor geweest. Maar hé, weet u wat voor idiote, wijze, leuke dingen er nog op uw pad komen? Nou dan! In feite had ik nog een appeltje te schillen met het verleden (lees: onafgemaakte opleiding). Nog maar net had ik een assessment, een adviesgesprek én een gevecht bij Nederlands bekendste uitkeringsinstantie overleefd of ik mocht door naar de volgende ronde: De zoektocht naar een stageplek. Werd ook beloond en in September 2018 zette ik op het adres van WIJ-Corpus mijn eerste stappen. Een werkplek waar ik liters koffie en thee zou gaan schenken voor de bewoners uit de wijk en die zelf drinken om scherp te blijven als ervaringsdeskundige. Een woord om je tong over te breken maar bij scrabble krijg je er veel punten voor...


De cliché's over snelle tijden overslaand, blik ik terug op die eerste weken en wat daarop volgde. De status van stagiair had ik nog nooit gehad. Een stagiair vraagt en vraagt en vraagt want hij of zij wil alles weten. Dat wilde ik ook maar de kunst van vragen was ik niet machtig. Al jaren hou ik omtrent diverse levensvragen mijn eigen broek én de schijn op. Alles zelf uitzoeken en vooral niet door de mand vallen door signalen van onwetendheid. En mensenlief, wát een kennis op de werkvloer. Iedereen moest wel zien dat ik daar schriel bij afstak. Het was vast op mijn voorhoofd te lezen. Het werd tijd voor een eigentijdse omdenksessie. 'Mogen leren' klinkt leuk maar daar heb je een speciale vaardigheid bij nodig: Ontspanning!  Wátte? Ik kwam om van alles op te steken, toch niet om achterover te leunen?! Maar wat bleek? Zonder het betere leunwerk gíng het niet. Toen ik dat eindelijk begreep, beefde ik steeds minder tijdens telefoondiensten en vroeg ik bewoners uit de wijk hoe het ging in hun leven. Kwam ik erachter dat zij een huishoudelijke hulp, taxipas, trippelstoel of een andere woonplek nodig hadden. Liet ik mijn vragenlijstjes los om ze desondanks volgeklad na een huisbezoek weer mee te nemen. Vond aansluiting bij andere levensvragen dan de mijne. Leerde dat geen mens op dezelfde manier met problemen omgaat. Schonk nog steeds liters, liters koffie en thee in de entree. En werd zelfs bijna vriendjes met de systemen van het huis, wat een groot wonder is. En, laat ik niet overmoedig worden want nog steeds is niet alles me duidelijk. Niet voor niets heb ik een schoolleven geleden de exacte vakken laten vallen en zag die in de vorm van WMO-regelgeving weer op mijn bordje terugkomen. Not my cup of tea. Hoe krijg ik de verbintenis tussen herstelwerk en, laat ik nog eens wat noemen, een meerkostenregeling nou tot stand? Voor mij een vraag, voor de kundigen op de WIJ-Corpusvloer een weet! En wat heerlijk om daar op den duur zonder gewetensbezwaren en steeds minder gehinderd door gebrek aan kennis, gebruik van te maken! Ken uw kracht, ken uw … Nou ja, dat dus.

En nu is het  bijna een jaar geleden dat ik voor het eerst de WIJ-entree binnenkwam, verwelkomd door mensen die collega's gingen worden. Die samen met de hele entourage, dat ook wel warm bad wordt genoemd,  deel uitmaakten van een topteam. Waarmee ik alle soorten van lunches genoot, telefoon, en entreediensten ruilde. Met wie ik liters, liters koffie enzovoorts... Ach wat had ik me beter kunnen wensen als ervaringsdeskundige in opleiding. Zal ik u eens wat vertellen? Het hele woord past niet eens op het scrabblebord.

vrijdag 22 februari 2019

Hoopgarantie

Het risico van veronachtzaming van oude liefdes (lees: hobby's) is, dat die liefdes zich tegen ons keren en gaan muiten. Dan is bijvoorbeeld een schrijversaccount zoek. Alle letters verdwenen. Ze hielden alleen geen rekening met het feit dat mijn lief alles terug vindt uit elke schijf, wolk of wat voor systeem. Wraakactie verijdeld. Ik hoopte al zo dat mijn lief dat kon. En ja hoor, hij toverde alle letters weer in het gareel. Hoera!

De letters hebben lang moeten wachten. De mensen die ze altijd hebben gelust, ook. En denk maar niet dat alles nu weer bij het oude is want ik ben slechts heel even door de achterdeur naar binnen geslopen om na wat simpele tikjes op het toetsenbord weer te verdwijnen richting lessen, verslagen en schoolopdrachten. Hoe ouder hoe gekker, dat is helemaal waar! Mijn lezertjes knikken minzaam. Zie je wel, ze hadden het al gedacht. Het is de studente behoorlijk in de bol geslagen.

Het offer is groot maar het waard om gebracht te worden. Daar is het dan ook een offer voor. Een offer doet namelijk pijn omdat het een belangrijk doel heiligt. Ga d'r maar aan staan. Maar ik geloof er nog steeds in.

Er is wel meer waar ik in geloof. In herstel, bijvoorbeeld. En het openduwen van deuren naar perspectieven. Uitzichten waarin hoop kans krijgt. Hoop op nieuwe tijden en vergroting van mogelijkheden. Waar ik het over heb? Over datgene wat ik allemaal mag leren en waarom ik terug naar school ben gegaan en mijn letters even aan hun lot over heb gelaten. Over het gevecht tegen stigma of slachtoffergedrag dat de uitzichten vertroebelt. De leugens van gemak en vooroordelen dus. Niet te geloven, hoe groot die zijn. En zo gemakkelijk om in de val ervan te trappen. Mocht iemand hopen dat het een bevlieging was, dan hoop ik dat de teleurstelling niet al te groot is. Dagdagdag (ga de krant maar lezen of zo, is weer helemaal hip) ik ga weer terug naar mijn boeken en verslag... Daartoe geïnspireerd door Iemand die de Hoop en het Herstel in zichzelf meedroeg.
En offerde...