zaterdag 30 januari 2016

Weeksels 25 t/m 30 januari

Maandag:
Vroeger was er in de trein een karretje dat net door het gangpad paste. Er achter liep het personeelslid van de catering en die persoon toverde uit alle mogelijke openingen van de koffiemobiel een hoeveelheid vocht, suikerzakjes of lepeltjes, broodjes, marsen, snickers, you name it Dat kostte wel een slordige cent meer als in de supermarkt. Maar zodra je in een coupé stapt, raak je kans besprongen te worden door een virus dat prijsbewustheid onschadelijk maakt. "Ach ja, doet u mij ook nog maar een kopje soep, worstenbroodje, snicker,.... enzovoorts." Tegenwoordig loopt iemand met een zak voor en een buidel achterop het lichaam gebonden door de trein. Ergens aan een lusje hangt een thermosfles met gekookt water. En op een andere plek bungelt een zelfde geval met koffie. En in de zakjes van die buidels bevinden zich achter talloze ritsjes, de suiker, melk, soeppoeder, lepeltjes, en die snacks dus. Ik kreeg een beetje medelijden met de pakezel die zich in vijfentwintig bochten moest wringen om iemand van koffie met suiker en melk te voorzien. Voordat al die ritsjes weer dicht waren... Het nodigt wel uit tot het plegen van een goede daad. Koop de catering los. Werkt alleen als je een bepaald virus hebt opgelopen.

Dinsdag:
Onze huistelefoon is kaduuk. We vonden het inderdaad al zo rustig de laatste tijd. Een vaste telefoon is natuurlijk ook niet meer strikt noodzakelijk bij aanwezigheid van diverse mobieltjes maar ik denk toch dat ik em missen ga. Wel fijn dat ik nou niet meer thuis hoef te blijven voor een telefoontje. En als ik op een gesprek wacht, maar mijn ding mag niet mee onder de douche, naar het toilet, of helpen afwassen, moet de andere kant van de lijn maar even geduld hebben... Ja, ja... Die zesenveertig jaren hebben me ook in staat gesteld om volledig slaafs gehoorzaam te raken aan alles wat rinkelt of zoemt. Als je zo lang aan het lijntje gehouden bent, laat dat zich niet zomaar negeren. Dus waar ik ook ben, wat ik ook doe, zodra het bel- apparaat om mijn aandacht vraagt, zal ik er helemaal voor hem zijn. Tas op de kop. Jas binnenstebuiten. Huis met bezemen gekeerd...  Behalve als alles op stil staat. Foutje! Zoon heeft blijkbaar al een paar keer geprobeerd me te spreken en neemt zijn toevlucht tot whatsapp.

Woensdag:
Nog even doormijmeren over alles wat je uit kan zetten. En daarna over dingen/mensen die je ook niet meer wil horen maar die helaas geen dempknop bezitten. Daarover zal ik maar niet in details treden want dat kan iemand zo licht beschadigen. In ieder geval is er teveel lawaai om ons heen. En met de helft minder zal je mij al niet meer horen klagen. Die kapotte telefoon is alvast een stap in de goede richting. Van mij hoeft de tv bijvoorbeeld ook helemaal niet aan, overdag, maar dat is in de ogen van de alhier wonende jongeren een zeer belachelijke en ouderwetse wens. Zal ik gaan opspelen? Nee. Extra herrie! Doe maar niet. Mag er dan helemaal geen geluid zijn? Stt, hoor buiten maar eens de wind tekeer gaan. En verder vooral je eigen gedachten. Die kunnen er ook wat van. En er zit geen uit-knop op.

Donderdag:
Zittend in de wachtkamer lees ik van alles over Barack Obama. De man staat alleen zo enorm buiten mijn belevingswereld. En hij wil veel partijen tevreden stellen. Dat probeer ik ook vaak maar weet bij ondervinding dat het niet werkt. Heeft het nog zin om hem dat even te gaan vertellen? De vraag stellen is em beantwoorden. Schakel dus maar over op een artikel over die gewraakte testjes op facebook. Je weet wel, die inkoppertjes met groot (zelf)massagefactor. Ze zijn verslavend, tijdrovend en ongeloofwaardig maar omdat het spreekuur weer eens uitloopt, wel leuk als tijdverdrijf. Zo vond ik er eentje over Barack Obama en wat hij van mij vindt. En het testje is ook nogal selectief want dat geeft steeds afwijkende antwoorden:
1, In Europa wil ik naast Angela Merkel alleen met Els onderhandelen
Oké, kan ik inkomen, koffie is zo gezet
2, Ik heb maar één wens: De hand schudden van Els.
Tjonge... Niet direct wederzijds verlangen maar dat kweek ik wel even op.
3, Als de nieuwe vice-president van de V.S. benoem ik Els.
Now we 're talking.
...
4, Nog eentje dan: Ik wil een diepgaand onderzoek over betere beveiliging van gevangenissen om Els op te sluiten.
...
Draaikont!


Vrijdag:
Vierentwintig jaar geleden werden we voor het eerst papa en mama. Niet dat ik daar nou zoveel van mee kreeg in de eerste uren. Het werd wat je noemt een kunst, en vliegwerkbevalling en iets met vacuüm, sectio, narcose en morfine. Vooral die laatste mep zorgde er voor dat het allemaal wat langs me heen ging. Na bijna een kwart eeuw zijn de scherpe randjes wel van het verhaal af. Wat klinkt dat! Je wordt er in een klap hartstikke oud van. Zeker als je bedenkt dat we in die tijd eigenlijk gewoon weinig wisten. Er was geen gebruiksaanwijzing bijgeleverd en naast het wiegje zat niet eens een tolk die elk geluidje kon decoderen. En ondanks al dat gemis en gebrek feliciteren we nu een jonge vent die hoog boven me uittorent. In lengte dan hè. Ze zeggen wel eens dat je eerste kind een broddellapje is. Hoe kan het ook anders bij ouders met een steekje los. Het was anders wel een behoorlijk lang eind breien!







zaterdag 23 januari 2016

Weeksels 18 t/m 23 januari

Maandag:
Ooit las ik een verhaal van twee vriendinnen die even snel een kamer gingen witten. Alles wat daar stond werd naar het midden van de kamer geschoven of in plastic gehuld  maar ondanks alle goede voorbereidingen lukte het om een verfblik over dat plastic heen te mikken zodat er een bende extra schoonmaakwerk aan te pas kwam. "Hè, wat heerlijk dat jij het zelf gedaan hebt," zei de niet-bewoonster van het huis tegen vriendin, die nog een half uur had om haar huisgenoten voor een schok te behoeden (en wat sporen uit te wissen). En gelijk had ze. Maar bij een goede vriendschap kan het andersom ook zomaar heel goed werken. Het moet alleen op een ongeluk blijven lijken. En er zijn grenzen. Jouw glas rode wijn over haar witte kleed - ik noem maar wat -  is de dood voor de vriendschap. Ooit streek ik voor iemand een stapel was weg. De strijkbout dateerde uit begin vorige eeuw en hoefde net niet meer met kooltjes worden verwarmd. Tijdens het schuiven over een bloesje roemde ik mijn eigen nieuwe apparaat en een paar seconden later lag haar stuk huishoudantiek tegen de plavuizen. "Hoera! Nou mag ik ook op stoom" jubelde mijn gastvrouw. En we waren beide nog lang heel gelukkig en blij met elkaar...
(wordt vervolgd)

Dinsdag:
Kortgeleden logeerde mijn glazen theepot ergens. Hij heeft het verblijf niet overleefd en een lieve vriendin heeft zelf de scherven opgeveegd. Daarna appte zij me heel schuchter haar misdaad. "Hoera! Wat heerlijk! Zelf had ik niet beter gedaan en het scheelt me zoveel troep in de kast" jubelde ik per retourbericht. Moraal van dit verhaal: Zoek een stevige vriendschap met een lotgenote. Ga los in elkaars huishouden, Ruim alle troep meedogenloos uit de weg - want zelf doet ze het toch niet - zolang het maar een ongeluk lijkt.
...
Zojuist heb ik even met een kritisch oog om me heen geloerd, helemaal geïnspireerd door mijn eigen herinneringen. Wat ik eerst als efficiënt zag, werd ineens nutteloze uitstalling van de zoveelste orde. Die schaaltjes rechts achterin zien grijs van het stof. Evenals die theekommetjes daarnaast, gekregen van één of andere vage oudtante en daarom kan ik het niet over mijn hart verkrijgen om ze uit handen te laten glippen. Niet dat ze nog kan komen controleren maar toch...
 "Hup, waar wacht je nog op?"
Wie komt er koffiedrniken?

Woensdag:
"Het is zulk dankbaar werk hè!" hoor je, als iemand tekeer gegaan is. In de gangkast of zo. Maar omdat het werk het zelf niet doet maar altijd degene die zichzelf eindelijk heeft aangepakt,  vind ik die dankbaarheid soms een beetje dubieus. Maar goed, als je er heel erg tegenop zag... Vooruit dan maar. Maar dan zijn die ramen het ook, en de was en de strijkerij en...  De gemeentewerkers kunnen er trouwens ook wat van. De bomen langs het pad richting treinstation worden allemaal gekapt. De specht die er altijd zat te herriën, zal een nieuwe hamertje-tik-plek moeten zoeken want vandaag werd hij in geluid wel tien keer zo hard overtroefd door een aantal machinezagen. Hij zal vast allang gevlucht zijn. Een enorm gemis voor de omwoners natuurlijk en wie weet is ook wel tegen de kapsones geprotesteerd maar dat lees ik nooit want ik vergeet elke week de vergunningen door te nemen in het plaatselijke bokken-blaadje. Misschien hadden die bomen wel wortelwratten of boomkroonkoorts. Laat ik me alsjeblieft niet bemoeien met zaken waar ik geen verstand van heb. Er blijft nog genoeg voor mezelf over om op orde te houden. Zouden gemeentelijk-groen-verzorgers het ook zulk dankbaar werk vinden trouwens?

Donderdag:
Wel twee-en -dertig-honderd mensen hebben gereageerd op een daarvoor in de haast opgericht meldpunt voor schildklierpatiënten. je weet wel, die mensen die kunnen fluiten naar hun medicijnen waar ze tot op de miligram nauwkeurig op ingesteld waren. Verwend volk natuurlijk. Zojuist waren het er trouwens twee-en-dertig-honderd-en-één want ik heb net op 'verzenden' gedrukt. Omdat de pillenproducent misschien ook zo dankbaar was bij de aanblik van die lege kastplanken in de voorraadkast. Ben jij dan ook zo'n schildklierlijer? Yep! Elke dag begint met het innemen van medicijnen zoals een ander zijn bril opzet. "Ah joh, die andere stofjes zijn toch ook goed.  En kijk anders even op marktplaats" zei de niet-patiiënt met een normale goedwerkende schildklier. Wat heerlijk toch, dat ik in Nederland woon. Ik zie Medelanders die mij wel een doosje willen verkopen. Wat ontzettend lief, fijngevoelig en vooral uitgekookt, dat ik nu van hen afhankelijk ben en niet van de fabrikant. Misschien lagen die doosjes wel ergens achter in een kast. Of het spul is boven de kachel bewaard maar ik ben een kniesoor als ik daar over ga zeuren. Het moet natuurlijk wel een (on)geluk lijken.

Vrijdag:
In het begin van de week weet ik nooit of ik aan de hand van een thema of wat losse flodders ga zitten zwetsen . Meestal is er wel een voorval dat in de loop van de week een zwart-op-wit-spraakwaterval wordt. Mooi meegenomen, dat wel! Dan zet ik gewoon de vingers op het toetsenbord en tik waar de vloed mij brengt. Dat heet 'freewriting', zoals je vroeger op school vrijdagmiddag vaak 'vrij tekenen' had. Wat ik indam of laat wegvloeien, hoeft niemand te weten. Hé, dat lijkt wel op het openzetten van een melkkraan zodat wat net gewonnen is, direct weer in de gierkelder stroomt omdat de grote tankauto's van de zuivelfabriek verhinderd zijn (ijzel of zo) om de oogst binnen te halen. Het is maar een vergelijking natuurlijk. Bovendien hoef ik niet eens te melken als ik het niet wil. Maar eigenlijk wil ik vooral wél. Soms kijk ik wel eens naar vacatures. Overal papieren voor nodig natuurlijk en dus geen kansen voor mij. Terwijl ik zoveel gedachten ordenen kan. Over dankbaar werk gesproken. Of begeef ik me nou op glad ijs?

Zaterdag;
Die ene trein die steeds op me zit te wachten heeft me eindelijk beet. Daaraan heb ik wel eens een woordje gewaagd want het was alsof ik geroepen werd om eens gek te doen en zomaar mee te gaan. Weliswaar heb ik vandaag eerst wel gewerkt en ben er pas daarna in gaan zitten maar alleen al het instappen gaf een super de luxe gevoel. En ja, een vrouwenhand is gauw gevuld mits er geen gat in zit. Gewapend met een weekendtas en mijn laptopje zit ik in de stilte coupé. Gelukkig herbergt de stoel voor mij een uitklapbaar tafeltje en liggen mijn vingers volgens correct tien-vinger-blind-systeem netjes op het toetsenbord want helemaal gladjes gaat het niet. Is geen ramp want er zit een dekseltje op mijn bekertje koffie en het gevoel van genieten gaat samen met een andere sensatie. Iets dat op geluk mag lijken.
En dankbaarheid.
(Ik begeef me ineens op  - kedeng, kedeng, kedeng - een heel ander spoor)
En ik heb niet eens wat opgeruimd.




zaterdag 16 januari 2016

Weeksels 11 t/m 16 januari

Maandag:
Na de valse start  van vorige week in het echie weer aan de bak. Wat zal ik eens overhoop gaan halen? Ik kijk om mij heen en zie de gevolgen van ons 'pleur-maar-neer-beleid'. Het zit in de genen of in ons eten. Dat kan natuurlijk niet anders maar de zin overlezend, klinkt het wel sneu. Vuurwerkzooi in de achtertuin herinnert me aan bepaalde afspraken met jongste kind. Heel slecht voor zijn opvoeding als ik het ga overnemen. Die fout bega ik dus mooi niet! Er blijven nog genoeg andere miskleunen over. In plaats daarvan zit ik in de middag bij een dame van bijna honderd jaar die vertelt van ijsbloemen, van uren lopen naar school, van elke dag stofzuigen omdat het zo hoorde en niet omdat het nodig was. Zie je nou wel...

Dinsdag:
Je bent tot meer in staat dan je denkt. Het voelde toch wat onbevredigend, gisteren, zo'n dag met zeeën van tijd en slap gedoe. Het werd allemaal weer opgelost in de avond. Er was iets met een overvolle kast waar zich de reservesleutel van de auto zou moeten bevinden..... Mooi niet dus. Nooit nodig ook maar de volgende dag nou eenmaal wel want de ingewanden van ons rijtuig moeten elk jaar beklopt worden. Het hele interieur van de kast moest er aan geloven en alles moest omgekeerd, uitgeschud en weggeruimd worden. Wat een heerlijke overzichtelijke bergplaats is het nu ineens en oh ja, ook fijn, de sleutels waren weggedoken tussen al die spullen en nu weer tevoorschijn getoverd. En hoera, wat werd die verloren dag op de valreep nog zinvol.

Woensdag:
Er was eens een mobieltje dat voor het gemak even  in een vestzak gestoken werd. Eigenares moest in de toiletruimte zijn, bukte zich om iets van de grond te rapen en hoorde: plons!
Binnen een halve seconde werd de drenkeling weer omhooggehaald. en geopend om ernstiger te voorkomen. Eerste hulp op de vierkante milimeter. Alle onderdelen werden te drogen gelegd. Gevalletje: 'In coma houden'.
Drie dagen verder zijn we nu. Alles is weer intact en er bleef niet eens een schroefje over maar de patiënt heeft wel restverschijnselen aan de val overgehouden. Trauma erbij voor het apparaat want eigenares heeft zich inmiddels getroost met een vervangend apparaat. Valsspeelster! Hopelijk is er een gespreksgroep voor afgedankte mobieltjes. 112, daar red je levens mee, als je het hoofd maar boven water weet te houden.

Donderdag:
Als we nou eens met elkaar geen gekke dingen meer zouden doen. Als we nou eens van elkaar afbleven, of alleen aan elkaar komen met wederzijds goedvinden. Als we nou eens, voordat er een feest gevierd gaat worden, ons afvragen of het plein ervoor wel groot genoeg is, zodat iedereen een armlengte ruimte rondom zich heeft. Is de burgemeester ook weer gerust. Als we nou eens als landbestuurders onze domme fouten niet onder het tapijt vegen omdat je zo vreselijk voor schut staat als ooit de vloerbedekking vervangen moet worden of het voetvolk niet zo dom is als gedacht werd. Als we nou eens de politie niet overal de schuld van gaven. Als we nou eens het carnaval, vuurwerk, de tt-races, de kermis en alle voetbalwedstrijden zouden annuleren want daar komt alleen maar ellende van. Als we nou eens iedereen voorzien van een lijstje met normen en waarden en ons daarbij niet beperken tot controles bij de landgrenzen. Als we nou eens...
Finkers had gelijk.
Imagine no whatever.
Dan zou je het in Keulen horen donderen.
Maar zo leuk is het daar ook al lang niet meer...


Vrijdag:
Er was eens een pillenfabrikant. Hij ging verhuizen met zijn bedrijf en brak de pillenmachine af zonder na te denken over het bouwen van een voorschotje om 350 000 schildklierpatiënten op de been te houden. Die mensen hebben ineens een megaprobleem want het schijnt zes tot negen maanden te duren voordat ze weer een shot kunnen halen. "Oh maar ik heb nog wel een pilletje dat er op lijkt" zegt de fabrikant. Hè, gelukkig. Niks aan de hand dus. Nou ja.. Een aantal vervelende bijwerkingen misschien  - hartkloppingen of hevige jeuk - maar wees blij dat we nog íets doen. Geen excuses, geen oplossingen bedenken, geen belletje naar Amerika of, nou, noem eens een ander land van onbegrensde mogelijkheden. En nu gaan de schildklierlijers dus allemaal hamsteren. "Niks ervan! Daar is die winkel met het blauwe logo goed voor. Ze kunnen allemaal 1 doosje meekrijgen."
Bittere pil.







zaterdag 9 januari 2016

Weeksels 4 t/m 9 januari

Maandag:
Hoera! Alle vingers zitten er nog aan.
Hoera! De één na de andere afvalboodschap op de tv.
Hoera! Eerste goede voornemens zijn al gestrand.
Hoera! Iedereen weer het gewone leven in.
Hoera! Koning winter had even moeite met starten maar is nu aan de macht. Of is het de Russische beer die ons beloofd was?
...
IJzel!
Help, daar ging ik bijna
...
Hoera

Ps: De scholen hebben ijzelvrij.

Dinsdag:
Drie noordelijke provincies in de greep van de (g)ijzelregens. Alle struiken zijn in glas verpakt. Net zoals in 1987 en 1966. Het maakt de pioniers in ons los en ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat, in welke tijd we ook leven, overal oplossingen voor te bedenken zijn. We hebben ons laatste beetje zout uitgeworpen want dat stond toch maar al die winters te niksen. Voorts werd een pad gehakt uit de spiegelgladde zee van ijs, van de schuur naar de stoep en wie dat kon, is over straat gaan schaatsen. Wilt u wel even uw straatje poetsen? Voor als de postbode ooit wél weer komt opdagen?

Woensdag:
We zijn zelfs hoofdonderwerp in het jarige NOS-journaal (60 jaar! Wie is er niet groot mee geworden?) en dat overkomt ons Noorderlingen niet alle dagen. Er was vandaag trouwens van alles over de nieuwsmakerij te zien op tv. Diep respect voor cameramannen, lezers en lezeressen en applaus voor de knopjesmensen. In Noord Korea hebben ze ook van die lui. Ze worden een beetje anders opgeleid dan het personeel van de jubilaris in ons land. De belangrijkste van het stel mag het volk vertellen dat er een geslaagde kernproef is geweest. In een roze kimono gehuld, verkondigt ze op bombastische toon de feiten. Eigenlijk zingt ze het meer en ze gelooft er helemaal in want ook zij is er groot mee geworden.

Donderdag:
En we waren net zo mooi weer afgekickt van de vrije dagen. Een verlengde kerstvakantie. Nog nooit beleefd dus we schrijven geschiedenis. Het is alleen een beetje omschakelen want we waren met ons allen net gedoken in de nietsontziende alles-moet-weer-gezond-normaal-modus. Foute boel want kom er maar eens wéér in! Een beetje Nederlander is er na een dag of twee niet meer toe in staat. We willen wel. O maar natuurlijk, wat dacht je dan? We zijn een flink volk. Van gewapend beton gebouwd maar nergens tegen bestand. Kom, kom! Het was gewoon een valse start en  als je jezelf maar goed inprent dat je de draad weer oppakt zodra de ijzel verdwenen is, en je neemt de afspraak met jezelf serieus omdat dat goed voor je is...
We zullen zien.

Vrijdag:
Het brood was gisteren bijna op en dus gingen we zonder problemen over op beschuiten-met-zonder-gezanik. Daarna waren de crackers aan de beurt en konden we eventueel nog zelf brood gaan bakken maar daar verwacht ik weinig heil van. Het ruikt zo heerlijk maar je gebit vindt het niet leuk. Diep in de kasten duiken, levert nog aardig wat op. Het maakt ons creatief. Zolang je het nog kan zien als uitdaging en bijzondere tak van sport, is het wel aardig allemaal maar we zien genoeg nieuws van plekken waar het geen spelletje meer is. Dichterbij dan je denkt ook. Spek de voedselbank. Gooi je boodschappenkar iets voller, als je er weer eens mee tussen de kalfslevertjes en zoete broodjes jakkert. Dit wil je niet! En degene die van de voedselbank leeft met code rood in de portemonnee evenmin.

Zaterdag:
"Dit wil je niet"
Dat schreef ik gisteren.
En toen was er een filmpje over een stad in Syië. Madaya. belegerd van twee kanten en de bewoners krijgen daarom geen eten. Logica van de bovenste plank. Koning Benhadad van Aram (2 koningen 6) hanteerde die methode al en ook in ons eigen land in Leiden (1574) was de bevolking van de stad overgeleverd aan de grillen van oorlogsmaniakken.
Geschiedenis schrijven is een hele verantwoordelijkheid.
Keer je portemonnee nou maar helemaal om.