vrijdag 22 augustus 2014

Gewassen ei


Om in slaap te komen pak ik altijd een boek. Het hoeft helemaal niet lang te duren om me te voelen wegzakken. Ergens weet ik dan nog dat er een lichtje uitgeknipt moet worden voordat oogleden te zwaar worden en hersens verzadigd zijn geraakt. Het boek glijdt uit mijn handen en zakt zachtjes op de grond. Weg ben ik. Deed ik als kind al. Gaat altijd goed. Eh… bíjna altijd. Kort geleden gleed ik de andere kant op en kreeg zin in ramen zemen, onkruid wieden, dweilen en het draaien van wasjes... 

Dat was natuurlijk de schuld van het boek. Het was geschreven door een schrijfster uit de vorige eeuw; Maria Oomkens. Ze is niet meer onder ons, wat jammer is. Een huisvrouw die tussen de stofzuigbeurten en de afwas door, haar gemoed leegschreef in oude schriften. Die hele papierhandel stuurde ze op naar de redactie van 'Libelle'. Ze werd daar vaste medewerker, tekende een contract, kocht een zoveelstehandse typemachine en hamerde daarop alle stukjes zwart op wit. Typen kon je dat niet meer noemen. Haar stukjes waren gouden eieren, zijzelf de kip die ze legde en het contract de stok achter de deur waardoor ze bleef kakelen en leggen. En dat alles duurde rustig zo'n veertig jaar! Het benam mij dus ineens de slaap. Ging liggen denken over een ander voorbeeld dan die kip van Maria. Mocht het bij mij ooit nog serieus gaan worden, dan moest ik wel zorgen voor een ander idee, een metafoor, een ander handelsmerk om alledaagse dingen aan te duiden. Het ging immers niet aan, om haar nest leeg te stelen. Kwam bij de was terecht. Die zeer frequent weerkerende, bonte, witte, lange, korte enz. WAS! Waar dan geen contract aan kleeft maar wel klachten wanneer er geen schone sokken meer in de kast liggen. Een fijne was of teer textiel op de hand is als een verhaal, dat met veel liefde en voorzichtigheid behandeld wil worden. Morgen wacht mij de voetbalbende van onze jongste. Dat is een lange bonte.Te vergelijken met een verzameling letters die grondig wordt opgebouwd na alle slidings (lees: vallen en weer opstaan, deleten en de letterstrijd opnieuw aangaan). Het selecteren daaraan vooraf lijkt op het uitzoeken van een item. Zo kon ik nog wel even doorgaan. Dat hoefde niet meer want toen mijn probleem getackeld was, kwam Morpheüs gelukkig toch nog op bezoek en was ik rap onder zeil.

Zo juist weer een wasje gedraaid. In het vervolg zal ik me vaak nader moeten verklaren welke soort ik bedoel. Mijn was, daar kunnen ook verhalen in zitten. Wasborden waarmee vroeger werd geworsteld, zijn niet meer in gebruik maar ik doop mijn toetsenbord wel om voor die functie. Het arme ding. Wanneer de boel bezig is te centrifugeren, ofwel, aan de laatste ronde onderworpen wordt, begin ik te hameren. Komt van de opwinding. Typen kun je dat niet meer noemen. Dat heb ik in ieder geval gemeen met Maria. Het resultaat laat zich omschrijven als: 'draaisels', in plaats van: 'legsels.' Een gewassen ei!

Els Dijkema

woensdag 20 augustus 2014

Woordenloos

Zomer 2014. Kan me niet heugen dat er zoveel dingen in de wereld tegelijk aan de hand waren, als in de afgelopen vakantie. Het neergeschoten vliegtuig en wat daarvan allemaal te zien was op het journaal. Berichten uit het Midden-Oosten. En wij mochten op vakantie. We pakten onze tassen in en bedachten dat er spullen van anderen in de Oekraïne her en der verspreid lagen. Daarna reisden we naar Zeeland, waar we een bruin leven leidden en hoorden dat andere mensen in de zonnewarmte een veilig heenkomen moesten zoeken. De Embola-epidemie die in Afrika de kop opstak en wij gezond en wel aan het strand. Soms voelde het een beetje ongemakkelijk, dat vakantie vieren...
Omdat we ons dat bewust waren, hielden we het nieuws bij. Stond op de dag van nationale rouw ergens in een winkel naar een tv-scherm te kijken. Samen met nog een paar mensen. Niet één maar veel meer minuten stilte. Niemand die de behoefte voelde om iets te zeggen. Waar andere mensen bloemen legden of kaarsen brandden uit respect voor de vliegtuigslachtoffers, wilde ik dat met letters doen, toen we allang weer terug waren op onze basis. Het lukte voor geen meter! Even zo vaak als mijn handen boven het toetsenbord zweefden, moest ik ze ook weer terughalen. De letters keken grimmig naar mij en zeiden: "Je zoekt het maar uit, wij doen niet mee!" Onbevoegd voelde ik mij. Ongewenst en onverwacht. Niet in staat om hiermee iets te doen. Dacht nog aan alles wat er al over geschreven en getwitterd was. Door vaklui, echte columnisten maar ook aan de berichten op social-media, die ook niet verzonden hadden hoeven worden. Mijn letters zouden evenmin iets veranderen aan het verdriet dat andere mensen hadden. Helemaal niet belangrijk ook. Handen af!
Toegeven dat je ergens van moet afblijven. Hoe erg is dat? Niet! Tot die erkenning komen duurt alleen eventjes. Onmacht is een emotie en een proces waarbij ik iets uit handen moet geven. Zat in de kerk afgelopen zondag en hoorde daar - niet voor het eerst -  dat er Iemand is die tranen afveegt. Er was eens een kleine uk die dat hoorde. Ze vroeg, hoe groot Gods zakdoek dan wel moest zijn. In een kruik verzamelt de Trooster veel verdriet. Dat bij Hem veilig is. Gehuil dat niet genegeerd wordt. Niet te beschrijven.

Els Dijkema