zondag 3 maart 2024

Het verkeerde been

Onlangs hoorden we dat naast de al eerder geconstateerde hiaten op gebied van taalkundigheid, ook het rekenniveau gezakt is naar bedenkelijke levels. Met lede ogen zien de onderzoekers dit proces ontaarden in de verzakking van de pijlers onder alle andere vakken. De som der leesbare delen van feiten en conclusies is het wetenschappelijk, dus onweerlegbare (wie lacht daar) bewijs. Mooi niet. Eén plus één is twee, tenzij ruimte ontstaat voor meer inzichten. Dat wist ik allang! Maar ja, dat zegt iemand met vroeger louter onvoldoendes op rekenvakken. Mijn hele leven al heb ik het de grondleggers van wiskunde niet kunnen vergeven dat ze mijn veilige taalgebied annexeerden door het te  vermengen met cijfers. Wiskunde is echter ouder dan ik. Dat maakt mijn gekrabbel vooral alleen maar ongeloofwaardiger. 

Tenzij je kan aantonen dat in de taalwereld wel degelijk veel gerekend wordt. Met voorkeur voor minnen en plussen. En wel door het gebruik van drogredenen. Dat zijn kleine geniepig stokende taalfluisteraars die expres uitspraken of meningen bij elkaar optellen of uit elkaar rafelen en in de gevarenhoek zetten, naast mensen die andere dingen durven te vinden dan jullie, hullie, zullie of ikzelf...

Eh....  dan jij, 

Nee, dan wij, bedoel ik.....   

Maar nee, u natuurlijk niet! Gelukkig maar.

Ongeacht wie er wel of niet in stinkt, niemand wil als manipulator worden weggezet. Toch is dat wat we doen of zijn als we ons veelvuldig bedienen van onwetendheid (maar wel een mening), vals dilemma, omgekeerde oorzaken en gevolgen, zwijgen is toestemmen, invullen, 'wie niet voor ons is, is tegen ons, durf het eens met mij oneens te zijn want dan klopt mijn  denkraam niet meer en ben je mij kwijt als vriend'. Kortom, een hele verzameling van aannames. De mediakanalen bieden volop ruimte om het onszelf en een ander lastig te maken en een dag daarna gaan we gooien met modder of stenen. Kijk zelf maar eens hoe dat zit met drogredenen, al bent u daar wellicht te lui voor....

Huh? Is ze nou helemáál.....!

Nou moe! 

Waar kwam dat vandaan? 

Stil maar. Ik schudde u slechts wakker met een zogeheten willekeurige correlatie, waardoor u nu al begint te steigeren. Denk ik. Dat weet ik dus niet zeker. Want ik ging uit van mezelf en mijn voorspelbare reacties als ík die aantijging moest incasseren terwijl me nog niets was gevraagd...  

Maar kunnen we elkaar dan helemaal niks meer zeggen? De vraag stellen is hem - bijna - beantwoorden. Of vér-antwoorden! Niet voor niets wordt de tong (lees ook: media) vergeleken met een vlammetje dat een heel bos in brand kan zetten. Zolang we van alles roepen zonder ons bewust te zijn van de schade die we aanrichten, laten we iets belangrijks liggen:  De gebruiksaanwijzing van taal, dat schitterende cadeau waarmee communicatie mogelijk is. En bij veelvuldig gebruik op de goede manier ook een hulpmiddel bij alle andere schoolvakken en sociale omgang. Zegen en vloek in één omdat we met ons kunstig opgebouwde geblaat de risico's ervan ongelezen hebben gelaten en gelijk op allerlei knoppen zijn gaan duwen. Wat zegt u? Dat is een aanname!? Heel goed! U snapt het in één keer! 

Conclusie: Laat ik gewoon - FOEI! -  mijn bek houden. U komt er zelf wel uit, maar niet voordat u hebt opgezocht wat u niet op de kop of onder water moet houden, niet doorsnijden, niet eten, niet in bijzijn van kinderen openen en zéker niet op een plek waar dat niet wordt verwacht. Want dat zet de goed verstaander op het verkeerde been! Wie dat is, is mij eigenlijk ook een raadsel.